Onderwijsethiek gaat over de vraag hoe onderwijsprofessionals zich idealiter menen te moeten gedragen. Studie-ethiek gaat over de vraag hoe studenten zich idealiter menen te moeten gedragen. Maar een goed samenspel tussen docenten en studenten vereist ook een wederzijdse afstemming van rolverwachtingen. Volgens Brown & Krager moeten docenten niet alleen over hun eigen onderwijsethiek nadenken, maar ook over de spelregels waaraan de student zich naar hun mening moet houden (Holleman 2006 p.15). Docenten moeten samen met de studenten duidelijkheid scheppen over de spelregels voor het samenspel tussen docent en student. Volgens de Nijmeegse onderwijsadviseur Jan Graumans moeten de docenten van een onderwijsinstituut of opleiding daarin zoveel mogelijk één lijn trekken. En wat met name ook belangrijk is: ze moeten de spelregels niet alleen met de mond belijden. Bijvoorbeeld, zo licht hij toe (Vox 8/11/2007), als je de spelregel introduceert dat studenten de stof voorafgaand aan de werkgroepbijeenkomst gedegen dienen te bestuderen, dan moet je de bijeenkomst niet beginnen met een inleidend hoorcollege over de stof. Want daarmee zou je die spelregel ondermijnen.
Een ander voorbeeld: als je wilt dat studenten op tijd komen, dan moet je zorgen dat de onderwijsbijeenkomsten op tijd beginnen en moet je niet wachten totdat ook de laatkomers binnen zijn. Met dit voorbeeld kan trouwens tevens een ander mechanisme geïllustreerd worden: als je wilt dat studenten op tijd komen, dan moet je zelf het goede voorbeeld geven en de spelregels die je studenten oplegt zelf eveneens naleven. De docenten fungeren, of ze dat nu willen of niet, als rolmodel voor hun studenten (Holleman 2006 p.85 e.v.).