Baankans voor deeltijdstudenten

/

Afgestudeerden van een deeltijdopleiding in het hoger onderwijs komen moeilijk aan een fulltime baan. Dat concludeert Bas Belleman (Hoger Onderwijs Persbureau HOP) na lezing van de Keuzegids Deeltijdstudies 2011. Maar is zijn conclusie gerechtvaar­digd? De Keuzegids rapporteert slechts dat relatief weinig afgestudeerden van een deeltijdopleiding na achttien maanden een baan van méér dan 32 uur per week hebben. Maar men heeft niet uitgezocht hoevelen van hen meer dan 32 uur per week wensen te werken. Misschien hadden velen van hen naast hun studie een betaalde baan van 16 à 32 uur per week en hebben ze na hun afstuderen geen behoefte aan een dienstverband van méér dan 32 uur. Of misschien hadden sommigen geen betaalde baan naast hun studie: ze studeerden 16 à 32 uur per week en zoeken na hun afstuderen een dienstverband van dezelfde omvang. Of misschien waren er ook die uit pure liefhebberij studeerden, zonder de intentie het resulterende diploma in een betaalde baan te verzilveren.
OV-onderzoekers hebben aangetoond dat een reiziger die in Utrecht op de intercity naar Zwolle stapt statistisch relatief weinig kans maakt op tijd in Groningen aan te komen. Helaas hebben ze niet gecontroleerd of alle onderzochte reizigers Groningen als eindbestemming hadden. Het Hoger Onderwijs Persbureau suggereert dus ten onrechte dat een afgestudeerde van een deeltijdopleiding relatief weinig kans maakt op een baan van meer dan 32 uur per week. Door deze onkritische nieuwsgaring zijn deeltijdopleidingen door het HOP ten onrechte zwart gemaakt. Een deeltijdinstelling zoals de Open Universiteit zou dit bij de Raad voor de Journalistiek aanhangig kunnen maken.
Bron: DUB, Profielen, Sax, TUDelta (7/4/2011).

Alle reactiemogelijkheden zijn voor dit bericht momenteel gesloten.