In Canada staat een wet op stapel die het propageren of verdedigen van terrorisme strafbaar stelt. De Canadian Association of University Teachers (CAUT) waarschuwt dat de academische vrijheid daarmee in gevaar wordt gebracht. Hoe zit het bijvoorbeeld met een werkcollege over het Zuid-Afrikaanse apartheidsregiem (1948-1994)? Als men daar de stelling verdedigt dat gewapende strijd tegen zo’n regiem gerechtvaardigd kan worden, maakt men zich dan aan de verdediging van terrorisme schuldig? Anders dan de bestaande wetgeving tegen haatzaaien, voorziet het nieuwe wetsvoorstel niet in de bescherming van vrije meningsuiting binnen onderwijs- en studiesituaties. Tevens vreest de CAUT dat het hoger onderwijs niet meer als academisch discussieplatform kan fungeren als de veiligheidsdiensten voortdurend meeluisteren of er geen staatsgevaarlijke dingen worden gezegd. In de jaren 1960 is met de Canadese overheid afgesproken dat het hoger onderwijs gevrijwaard zou worden van overmatige pottekijkerij.
Bron: CAUT-website (31/3/2015), CAUT-Bulletin (maart 2015).
Eén reactie op “Canadese wet tegen radicalisering”
schreef:
We kunnen het ook dichter bij huis zoeken. In hoeverre is het laakbaar op 4 mei de mannen en vrouwen te herdenken die op Nederlands grondgebied gewelddadig verzet pleegden tegen de Duitse bezetter (en tegen de Nederlanders die met de bezetter heulden) en die dat met de dood hebben moeten bekopen? Door de Duitsers werden zij ongetwijfeld terroristen genoemd.