Collectieve straf bij fraude

/

Wat kan een universiteit of hogeschool doen als een student ervan verdacht wordt bij het maken van een toets fraude te hebben gepleegd? Om te beginnen moet de examinator het bewijs leveren dat de student fraude heeft gepleegd. Vervolgens moet de examinator taxeren of en in hoeverre de toets, gegeven de gepleegde fraude, nog steeds een betrouwbare meting vormt van het prestatie­niveau van de betrokken student. Dat kan tot de beslissing leiden dat het prestatie­niveau niet op basis van de afgelegde toets beoordeeld kan worden en dat dus op een later tijdstip met een nieuwe toets moet worden vastgesteld of de student aan de gestelde toetseisen voldoet. Daarnaast moet het daartoe aangewezen tuchtorgaan onderzoeken en beslissen of de student gestraft moet worden voor het plegen van de fraude en welke straf hem of haar moet worden opgelegd. Maar soms treden er complicaties op, vooral bij groeps­gewijze onregel­matigheden.
Lees verder … (PDF)

Alle reactiemogelijkheden zijn voor dit bericht momenteel gesloten.