Hoe werkt ends-means inversion in de praktijk? Dat weet ik niet, maar ik wil er graag een slag naar slaan. Neem het bestuur van een onderwijsinstelling in gedachten dat nieuwe vormingsdoelen heeft ingevoerd. Onze studenten moeten bij hun afstuderen Kunnen Samenwerken, Kunnen Reflecteren en Kunnen Leren. Bovendien moeten ze ruime Praktijkervaring hebben opgedaan om alle beoogde competenties (waaronder de zojuist genoemde) te oefenen en onder de knie te krijgen. Hoe kunnen wij nu toetsen of studenten bij hun afstuderen Kunnen Samenwerken? Moeten we daartoe ingewikkelde analyses maken betreffende de wezenskenmerken van Samenwerken?
Lees verder … (PDF)
Eén reactie op “De heiliging van middelen (II)”