De vrijwillige ouderbijdrage van Slob (III)

/

Hoe zit het inmiddels met de beleidsontwikkeling rond de vrijwillige ouderbijdrage in het basis- en voortgezet onderwijs? In aan­sluiting op mijn eerdere updates (5/12/2018 en 17/3/2019), wordt het tijd voor een nieuwe update. Zoals bekend, hebben de SP en GroenLinks op 30 okto­ber 2018 druk op de ketel gezet door een initiatiefwetsvoorstel (nummer 35063) in te dienen dat twee clausules omvat:
a) In de schoolgids wordt vermeld dat het niet voldoen van de vrijwillige ouderbijdrage er niet toe leidt dat leerlingen worden uitgesloten van deelname aan activiteiten; en
b) De deelname van leerlingen aan activiteiten die geen onderdeel uitmaken van het verplichte onderwijsprogramma en die worden georganiseerd onder verantwoordelijkheid van het be­voegd gezag, wordt niet afhankelijk gesteld van een vrijwillige ouderbijdrage.
De zgn. profielscholen (zoals tweetalig onderwijs, technasium, topsporttalentscholen, dans- of muziekscholen) zijn tegen deze clausules gekant omdat zij bij aanneming van dit wetsvoorstel niet langer mogen eisen dat ouders (op straffe van uitsluiting van de leerling uit het verrijkte programma) een “vrijwillige” ouderbijdrage betalen. VVD en CDA hebben daartoe een amendement (35063-12) ingediend, inhoudende:
c) Clausule b) blijft buiten werking in geval van langdurige activiteiten die geen onderdeel uitmaken van het verplichte onderwijs­programma (bv. buitenlandse excursies). Minister Slob heeft dit amendement ontraden.
Verder is door D66 een variant (35063-9) van dat amendement ingediend:
d) Clausule c) met als bijkomende voorwaarde dat er een financiële voorziening wordt gescha­pen voor ouders die niet kunnen (of willen???) betalen, nader te regelen via een AMvB.
Op dinsdag 17 december heeft de Tweede Kamer het wetsontwerp met inbegrip van clausule d) aanvaard. Het wachten is nu op de behandeling van het wetsontwerp in de Eerste Kamer.

Alle reactiemogelijkheden zijn voor dit bericht momenteel gesloten.

4 reacties op “De vrijwillige ouderbijdrage van Slob (III)”

  1. De hoge vrijwillige ouderbijdrage wordt door rijkeluisscholen gebruikt om kinderen van ouders die niet tot ‘ons soort mensen’ behoren, te weren. Ze gedragen zich als een dure particuliere school, maar slagen er desondanks in zich volgens het normale tarief door de rijksoverheid te laten bekostigen. Het initiatiefwetsontwerp had mede tot doel deze sociale segregatie af te remmen. Maar door het amendement van D66 wordt deze opzet tot op zekere hoogte gefrustreerd. Scholen mogen een verplichte ouderbijdrage heffen voor dure extracurriculaire voorzieningen (en daarmee de toestroom van ongewenste leerlingen afremmen), mits ze ervoor zorgen dat armlastige ouders dispensatie van de verplichting tot betaling van deze “vrijwillige” ouderbijdrage krijgen en dat hun kinderen dus niet worden uitgesloten van die voorzieningen.
    Postscriptum: In het online-tijdschrift Sociale Vraagstukken (31/12/2019) geeft Anja Vink een update over kritische geluiden tegen de segregatie in het onderwijs.

  2. Het initiatiefwetsontwerp doet trouwens niets tegen het voortbestaan van een andere misstand die bijvoorbeeld bij de Groningse Schoolvereniging voortwoekert: zodra het (eerste) kind tot de school is toegelaten, wordt dringend aan de ouders verzocht zich contractueel te verplichten de (huizenhoge) ouderbijdrage jaarlijks te betalen zolang zij één of meer kinderen op de GSV hebben. De overeengekomen betalingen zijn tot in lengte van jaren rechtens afdwingbaar. Waarom wordt door de wetgever niet bepaald dat het hier om een natuurlijke verplichting gaat, d.w.z. dat de overeengekomen som niet opeisbaar is, maar dat zij evenmin kan worden teruggevorderd nadat zij eenmaal voldaan is? Ik denk hierbij aan ouders die door echtscheiding, werkloosheid, arbeids­ongeschikt­heid of faillissement met een ernstige terugval van hun inkomen te kampen hebben.

  3. De voorzitter van het netwerk van tweetalige scholen geeft zijn uitleg van de nieuwe wet: de verplicht-vrijwillige ouderbijdrage bijdrage betreft zowel curriculaire als extra-curriculaire kosten, en eventuele dispensatie is uitsluitend bedoeld voor minder-draagkrachtige ouders, dus niet voor ouders die niet willen betalen (website Nuffic 13/1/2020).
    UPDATE 1: De profielscholen (waaronder tto) willen een regeling opstellen waarin onderscheid wordt gemaakt tussen niet kunnen en niet willen betalen. Ze vragen aan minister Slob hoe hij daar tegenover staat. De minister reageert ontwijkend (24/11/2020).
    UPDATE 2: De Vaste Kamercommissie OCW heeft de van minister nader bescheid gevraagd en heeft dat ook gekregen (11/2/2021): scholen mogen geen onderscheid maken tussen niet niet willen en niet kunnen.

  4. De Eerste Kamercommissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) heeft op 17 februari 2020 het voorlopig verslag (EK, B) uitgebracht. De commissie heeft op 18 maart 2020 de memorie van antwoord (EK, C) van de initiatiefnemers ontvangen.
    UPDATE 1: Ook OCW heeft gereageerd op het voorlopig verslag (4/6/2020). De VVD-fractie heeft nadere vragen gesteld, die zowel aan de initiatiefnemers als aan de regering waren gericht. Beiden hebben deze vragen inmiddels beantwoord (26/6/2020a, 26/6/2020b).
    UPDATE 2: Het wetsontwerp is op 7 juli 2020 aanvaard met alleen de stemmen van VVD tegen.