Ik heet Josef K. en ik ben 21 jaar. Ik zit in het derde jaar van de HBO-opleiding Communicatiemanagement. Op 20 april leverde ik de website in, die ik ontworpen had. Een gediplomeerde communicatiemanager moet namelijk ervaring hebben in het maken van websites. Op 19 mei ontving ik een brief van de voorzitter van de examencommissie, waarin ik werd uitgenodigd voor een hoorzitting in verband met ‘onregelmatigheden’ rond de ingeleverde website. Er stond niet bij om wat voor soort onregelmatigheden ’t ging. Op de hoorzitting, 22 mei, kreeg ik te horen dat de verdenking was gerezen dat ik de website door een onbekende derde, John Doe, had laten maken. Ik heb dat categorisch ontkend. Toen kreeg ik de opdracht om staande de vergadering een bepaald deel van de website opnieuw te produceren. Ik was inmiddels helemaal van streek en bracht er weinig van terecht. De ICT-docent zat erbij en maakte nauwkeurig verslag van mijn zenuwachtige gehannes. Er zat trouwens ook nog een derde figuur bij, die werd voorgesteld als ombudsman. De volgende dag kreeg ik van de examencommissie (of om precies te zijn: de examentuchtcommissie) te horen dat ik wegens fraude een nul had gekregen en dat ik het programmaonderdeel volgend jaar moest overdoen. Ik was stupéfait. Het is toch al te dol dat ze alleen op basis van een vage verdenking en een knullige hoorzitting tot fraude besluiten? Ik tekende beroep aan bij de Interne Beroepscommissie van onze hogeschool, en vervolgens bij de Vlaamse Raad voor Betwistingen, maar ik werd door beide instanties in het ongelijk gesteld.
Lees verder … (PDF)