Een vroegrijp meisje van bijna dertien

1. Melissa, een vroegrijp meisje van bijna dertien, zit in groep 8 van de basisschool. Ze is enig kind in een éénoudergezin. Moeder blowt dagelijks, ook ’s middags al. Ze verbiedt haar dochter thuis te roken: ‘Dat doe je maar op straat, maar liever alleen sigaretten.’ Als moeder op vrijdagavond uitgaat, plegen Melissa’s vrienden bij haar op bezoek te komen om ‘in te drinken’ voordat ze gaan stappen. Dan drinkt ze ook een paar pilsjes mee. Maar vervolgens gaat ze niet met hen mee naar de disco: daar komt ze vanwege haar leeftijd niet in.
2. In de klas geeft de schoolpolitieagent een voorlichtingsles over alcohol en drugs. ‘En wat zijn jullie eigen ervaringen met alcohol of drugs?’ Niemand reageert, maar na een paar momenten stilte steekt Melissa haar vinger op om boven­staande ervaringen in te brengen. De kinderen reageren ongelovig en ook de schoolagent staat met de mond vol tanden.
3. De geschrokken groepsleerkracht rapporteert aan het schoolhoofd. Moeder wordt uitgenodigd voor een gesprek en het verhaal van Melissa blijkt op waarheid te be­rusten. In overleg met de schoolpolitieagent maakt het schoolhoofd korte metten: hij neemt contact op met het Bureau Jeugdzorg (afdeling Schoolmaatschappelijk Werk) en in de kortste keren staat een casemanager bij moeder en dochter op de stoep om hen tweemaal per week aan gesprekshulp te onderwerpen.
4. Melissa voelt zich ontzaggelijk verneukt door de school. Ze is boos op alles en iedereen. En ook op zichzelf, dat ze in haar argeloosheid erop meende te kunnen vertrouwen dat er na de intimiteit van een klassegesprek niet uit de school wordt geklapt.
5. Dit is het relaas van het schoolhoofd (Burro Holanda 27/3/2009). Hij is zich van geen kwaad bewust. In hoeverre heeft hij zich ingespannen om de vertrouwensrelatie tussen Melissa en de school te bewaren, om haar ontluikende zelf­beschik­kingsrecht zoveel mogelijk te respecteren, en om te voorkomen dat de relatie tussen moeder en dochter ten gevolge van zijn interventie verstoord zou raken?

Eén reactie op “Een vroegrijp meisje van bijna dertien”

  1. Maar het was toch harstikke goed van het schoolhoofd dat hij voortvarend stappen ondernam om Melissa van de ondergang te redden? Naar mijn gevoel was hij iets te voortvarend. Ik vrees namelijk dat hij haar te weinig als een mondige mens en teveel als een (allochtoon?) object behandeld heeft. Laat me even fantaseren over wat komen gaat. Ik maak van Melissa een donkergekleurde Antilliaanse meid, die in een Rotterdamse probleemwijk woont. Op haar vijftiende wordt ze zwanger. Ze durft geen hulp te vragen bij haar klassementor en breekt haar VMBO-opleiding af. Het schoolhoofd heeft haar immers geleerd dat professionals niet te vertrouwen zijn. Ze was als de dood dat de klassementor Bureau Jeugdzorg zou inschakelen om haar uit huis te plaatsen. En dat mocht niet gebeuren, want ze moest voor haar moeder zorgen. Haar zoontje overlijdt binnen een half jaar: toen het kind ziek werd, durfde ze er niet mee naar de dokter te gaan, want ze was bang dat hij Bureau Jeugdzorg zou inschakelen om haar zoontje af te pakken. Ze komt in het gevang wegens kinderverwaarlozing en vrijgekomen belandt ze in de prostitutie. Ten gevolge van het voortvarende, onprofessionele optreden van het schoolhoofd heeft ze zich ontwikkeld van een weerbare, mondige meid tot een bange, hulpeloze vrouw.