Ze hebben dit jaar allebei de propedeuse van hun hbo-opleiding voltooid. Sinds de middelbare school hebben ze een relatie met elkaar, maar dat hebben ze in hun eerste studiejaar niet aan de grote klok gehangen. Want ze wilden gewoon als individu worden gezien en gewoon eerlijk tegenover elkaar kunnen zijn. Maar als er groepswerk te doen was, zorgden ze wel dat ze samen met een studiegenoot in het zelfde driepersoons groepje werden ingedeeld. Die samenwerking verliep prima en ze kregen van diverse docenten complimenten voor hun teamwerk en voor de kwaliteit van hun groepswerkstukken of -verslagen.
Maar in juli kregen ze te horen dat ze voor het komende, tweede studiejaar in verschillende roosterstromen waren ingedeeld. Desgevraagd liet de mentor weten dat hij het niet zo ziet zitten dat twee gelieven, wat groepswerk betreft, in eenzelfde groepje samenwerken.
Zij vragen zich nu af, in hoeverre deze inbreuk op hun studievrijheid zomaar door de beugel kan. Binnen hun opleiding zijn er geen regels geformuleerd over de wijze waarop de groepjes worden ingedeeld, of welke vrijheden studenten op dit gebied hebben. In dat licht maakt de studieleiding zich aan willekeur schuldig. Maar gesteld dat de studieleiding de reglementaire bevoegdheid zou hebben om studenten in groepjes in te delen of om de definitieve samenstelling van groepjes te bepalen, welke beslissingscriteria zou zij daarbij dan kunnen hanteren?
Lees verder … (PDF)