Het nut van herexamens

/

Waarom geef je iemand een herkansing? Een eerste argument (a) kan zijn dat je eventuele meetfouten wilt corrigeren. Je hebt bij de eerste toetsing een steekproef getrokken uit de verzameling van alle mogelijke opgaven en je geeft hem (haar) de kans om via een tweede steekproef aan te tonen dat hij de stof toch voldoende beheerst. Ook gun je hem misschien een tweede afname om het risico te ondervangen dat hij op het eerste afnametijdstip door een toevallige prestatiedip was overvallen. Je moet dan natuurlijk vermijden dat de tweede toets (eveneens) ten tijde van een prestatiedip wordt afgenomen. Arbeidspsychologen zeggen dat mensen na het leveren van een veeleisende prestatie hersteltijd nodig hebben. De herkansing mag dus niet tijdens de herstelperiode worden afgenomen.
Een tweede mogelijk argument (b) om iemand een herkansing te verlenen, is dat hij blijkbaar te weinig leertijd heeft besteed (of heeft kunnen besteden) om zich voldoende op de eerste afname voor te bereiden: het is zonde dat iemand een heel jaar zou verliezen, enkel en alleen omdat hij bij de voorbereiding van de eerste afname een fractie van een jaar tekortkwam. Dat is niet alleen zonde en jammer voor de betrokkene zelf, maar ook voor minister Plasterk (hogere onderwijskosten) en zijn collega Donner (latere intree op de arbeidsmarkt en dus lagere arbeidsparticipatie). Je moet hem dus voldoende voorbereidingstijd voor de herkansing gunnen om zijn eindniveau op te krikken.
Ik kom tot deze bespiegeling naar aanleiding van het relaas van Martijn van den Berg (25/6/2009), die vijf dagen na zijn teleurstellende examenuitslag twee herexamens moest afleggen. Hij zat waarschijnlijk nog in de herstelperiode van de eerste afname (a) en hij kreeg te weinig tijd om zich op de tweede afname voor te bereiden (b). Waarom zijn er geen herexamens in augustus, zoals in Vlaanderen en zoals bij de Nederlandse staatsexamens?

Alle reactiemogelijkheden zijn voor dit bericht momenteel gesloten.