Ze heet Marietje Beemsterboer. Na haar havo-opleiding aan het interconfessionele Bonhoeffer College behaalde ze in 2005 het diploma van de interreligieuze iPabo in Alkmaar. Vervolgens wist ze naast haar baan in het basisonderwijs de bacheloropleiding Geschiedenis (UvA), de masteropleiding Wereldgodsdiensten (Universiteit Leiden) en een promotietraject bij het Leidse Centre for the Study of Islam and Society te voltooien. Sinds 12 juni jongstleden ligt haar dissertatie in de boekhandel: Islamitisch basisonderwijs in Nederland.
Ze heeft zelf nooit op islamitische scholen lesgegeven, maar in het boek geeft ze, op basis van interviews met directieleden, groepsleerkrachten en godsdienstleerkrachten, een geloofwaardig beeld hoe de religieuze identiteit van de scholen zich tot de Nederlandse maatschappelijke context verhoudt. Haar persoonlijke conclusie is dat islamitische basisscholen een brug slaan tussen de islamitische thuissituatie en de gevestigde Nederlandse samenleving en dat ze zodoende de integratie kunnen bevorderen. In dat verband wordt met nadruk vermeld dat Nederlands de voertaal is op islamitische scholen, dat moslim-sollicitanten een pré hebben als ze niet alleen de Nederlandse taal uitstekend beheersen maar ook de Nederlandse cultuur van binnenuit kennen, en dat een aanzienlijk percentage van de leerkrachten zelf geen moslim is.
De auteur concentreert zich op de religieuze identiteit van islamitische scholen. Dat roept bij mij de vraag op of er nog méér dimensies zijn waarin islamitische basisscholen zich mogelijkerwijs van de modale Nederlandse basisschool onderscheiden. Ik noem hieronder vijf dimensies waarin de eigenheid van islamitische scholen wellicht, in aanvulling op de religieuze dimensie, kan worden uitgedrukt.
Lees verder … (PDF)