Kinderverwaarlozing door Zweedse bril

/

Jennifer Pettersson heeft onlangs een mediaprijs Prix Europa 2018 gewonnen voor haar negen audiopodcasts onder de titel ‘Opgejaagd’. De VPRO heeft ook een aantal afleveringen op Radio Doc uitgezonden. De serie gaat over kinderverwaarlozing op Nederlandse crèches, kinderdagverblijven en basisscholen. Van fysieke en psychische kindermishandeling en -verwaarlozing pleegt men vooral in de context van de kinderbescherming te spreken, met name in het perspectief van ondertoezichtstelling of ontzetting uit de ouderlijke macht (Louwerse 2014, NJI 2015). Maar waarom zou men alleen de ouderlijke zorg langs die meetlat leggen, terwijl de ouderlijke opvoedings- en zorgtaken gedurende een groot deel van de dag worden overgenomen door crèches, kinderdagverblijven en basisscholen? Pettersson laat zien dat daar van alles mis is: men komt onvoldoende tegemoet aan de basisbehoeften van de kinderen en men kan daardoor schade toebrengen aan hun ontwikkeling.
Is Jennifer Pettersson gewoon een zwartgallige documentairemaakster, die spijkers op laag water zoekt? Nee, zij en haar partner kennen de problemen uit eigen ervaring, als werkende jonge ouders met anderhalve betaalde baan en met twee dochters van ónder de vijf jaar. Bovendien woont Jennifer weliswaar al lange tijd in Nederland, samen met haar Nederlandse partner, maar ze is in Zweden opgegroeid en ze heeft nog genoeg voeling met de Zweedse samenleving om te weten hoe jonge kinderen daar tegenwoordig opgroeien. Ze kan dus beurtelings met een Nederlandse en met een Zweedse bril naar de Nederlandse opvang van baby’s, peuters en kleuters kijken.
De aanleiding voor het maken van de podcastserie was een studie van het Sociaal en Cultureel Planbureau die begin maart 2016 gepubliceerd werd. De SCP-studie ging over de geringe wekelijkse arbeidsduur van vrouwen: waarom is er bij hen zo weinig animo voor een voltijdse of bijna voltijdse baan, terwijl de overheid toch heeft gezorgd voor ‘goede en betaalbare kinderopvang en verlofregelingen’ (p.12)? De geciteerde zinsnede schoot Pettersson in het verkeerde keelgat. Ze stuurde een pittig opiniestuk naar NRC-Handelsblad (18/3/2016): ‘Waarom Zweedse vrouwen wel fulltime werken — en niet opgejaagd zijn’. Door de bijval die zij daarmee oogstte, werd ze gestimuleerd om het tweejarige journalistieke onderzoeksproject te ondernemen dat in de negendelige podcastserie is uitgemond.
Nederlandse moeders voelen zich opgejaagd, ook al werken ze slechts parttime. Dat begint al in het eerste levensjaar van hun baby. Zweedse ouders hebben 480 dagen betaald ouder­schapsverlof, dus ze kunnen hun baby thuis verzorgen. Nederlandse ouders zijn van meet af aan op externe opvang aangewezen en zowel de kwaliteit ervan als het beschikbare budget is naar Zweedse maatstaven beneden peil. Nederlandse jonge moeders hebben alle reden zich zorgen te maken over de wijze waarop hun kinderen overdag worden opgevangen en daarom nemen ze genoegen met een parttime baan. Door Jaap Peters & Judith Pouw (2004) werd het klimaat in Nederlandse arbeidsorganisaties gekarakteriseerd als ‘intensieve menshouderij’. De kwaliteit van vakmanschap en professionaliteit wordt opgeofferd aan ‘scientific management’ (rationalisering van het arbeidsproces). En in de educatieve en zorgverlenende sector wordt de menshouderij in het kwadraat verheven: niet alleen het arbeidsklimaat van de vaklieden en professionals op de werkvloer maar ook hun opgehokte cliëntèle valt ten offer aan de rationaliserings- en bezuinigingsdrift van de managers en bestuurders en van de calculerende overheid.

Alle reactiemogelijkheden zijn voor dit bericht momenteel gesloten.