Nepoverval voor schoolproject

/

Een belangrijk uitgangspunt in de beroepsethiek van professionals is dat je de cliënt geen schade mag berokkenen. Voor onderwijsprofessionals komt daar een tweede uitgangspunt bij. Je moet trachten te voorkomen dat leerlingen/studenten bij de uitvoering van opgedragen leertaken aan zichzelf of aan derden schade toebrengen. Dat geldt niet alleen voor gymnastiekleraren, maar ook bijvoorbeeld voor een leraar Maatschappijleer.
De leerlingen/studenten kregen als opdracht in drietallen filmpjes te maken in de stad. Eén van de drietallen besloot een winkeloverval in scène te zetten en dat te filmen. Ze vroegen (en kregen) van een winkelier toestemming een nepoverval te plegen. Een nietsvermoedende voorbijganger zag drie gemaskerde jongemannen schreeuwend de winkel uitstormen en belde 1-1-2. Toen de politie arriveerde, waren de overvallers gevlogen. Toch was zij ‘not amused’. De jongens hadden tevoren de politie moeten waarschuwen. Door dat na te laten, hebben ze onaanvaardbare risico’s genomen, waarbij gewonden of doden hadden kunnen vallen.
De vraag rijst evenwel in hoeverre de docent eveneens blaam treft. Ik neem niet aan dat de verantwoordelijke docent toestemming heeft gegeven voor deze geïmpro­vi­seerde nepoverval. Maar heeft hij (zij) bij het geven van de filmopdracht voldoende gewezen op de grenzen die de drietallen in acht moesten nemen?
Bron: Ophef door nepovervallers Biltstraat Utrecht (RTV Utrecht 19/9/2008).

Alle reactiemogelijkheden zijn voor dit bericht momenteel gesloten.