Dit jaar verschenen er 18 blogberichten op Onderwijsethiek.nl (afgezien van twee verstekelingen). De inhoudsopgave tref je HIER aan. Nu het vierde kabinet-Rutte, en daarmee minister Dijkgraaf, de pijp aan Maarten heeft gegeven, is het tijd voor een terugblik. Met welke ethische dilemma’s werd minister Dijkgraaf geconfronteerd?
• Studentenbelangen versus Bedrijfsrendement: Het kabinet Rutte-4 had zich voorgenomen de strijd aan te binden met het doorgeschoten rendementsdenken in het hoger onderwijs. In de loop der jaren hadden de faculteiten de selectiedrempel van hun propedeuse gaandeweg opgehoogd: eerstejaarsstudenten moeten tegenwoordig 45 tot 60 studiepunten halen, want anders worden ze via het Bindend Studieadvies uit de opleiding verwijderd, zogenaamd wegens “studieongeschiktheid”. Minister Dijkgraaf heeft zich vurig ingezet voor het kabinetsstandpunt dat de selectiedrempel omlaag moet naar dertig studiepunten. Dat is een billijke maatstaf voor evidente studieongeschiktheid (behoudens persoonlijke omstandigheden). Maar hij kreeg de wind van voren, zowel vanuit de universiteiten als vanuit coalitiepartner VVD.
• Onderzoeks- versus Onderwijsbelangen: Robbert Dijkgraaf heeft zijn sporen verdiend in het wetenschappelijk onderzoek. Hij gaf dan ook gaarne gehoor aan de lobbyisten van de Jonge Akademie, toen zij een campagne begonnen tegen het grote tijdsbeslag van hun universitaire onderwijstaken dat volgens hen ten koste ging van hun universitaire onderzoek. Zij bepleitten Een Slimmer Collegejaar: geef studenten jaarlijks minder herkansingsmogelijkheden zodat de docent-onderzoekers meer tijd overhouden voor hun wetenschappelijk onderzoek. Zij voerden valse argumenten aan, als zouden de Nederlandse studenten in vergelijking met hun buitenlandse collega’s schandalig in de watten worden gelegd. Dijkgraaf geloofde de onderzoekers op hun blauwe ogen en deed er nog een schepje bovenop: hij beloofde dat de studenten dankzij de “sanering” van hun herkansingsmogelijkheden “meer rust en ruimte” zouden krijgen in hun studieloopbaan. In de komende jaren zal blijken hoeveel schade hun is toegebracht door Dijkgraafs pilotproject.
• Grondwettelijke versus Gildebelangen: De faculteiten Geneeskunde in den lande willen graag, als dienaars van het Artsengilde, de bevoegdheid krijgen om studenten weg te sturen wanneer ze in verband met een functiebeperking ongeschikt worden geacht voor het artsenberoep. Maar volgens de Nederlandse wetgever is zo’n verregaande bevoegdheid in strijd met de grondwet: wat beroepsgeschiktheid (fitness to practice) betreft, mogen studenten hoogstens op grond van moreel-laakbare gedragingen en uitlatingen worden weggestuurd. Medio 2022 kreeg minister Dijkgraaf (samen met zijn collega van Volksgezondheid) kritische Kamervragen op zijn bord, maar hij bleef vierkant achter het wettelijke principe staan: als studenten, hoewel behept met een functiebeperking, toch hun studiepunten weten te halen, dan mogen ze niet worden weggestuurd. Maar de Rotterdamse faculteit Geneeskunde blijkt het verbod van de wetgever te trotseren: op grond van vermeende beroepsongeschiktheid weigerde zij (mei 2023) aan een autistische examenkandidaat het diploma van basisarts toe te kennen, hoewel hij al zijn studiepunten op zak had. Dat kwam aan het licht nadat de betrokken student, ruim drie maanden later, in razende wanhoop een ernstig misdrijf had gepleegd. Maar minister Dijkgraaf (inmiddels demissionair) heeft tot nu toe niets van zich laten horen. Wordt het niet tijd dat hij de Rotterdamse faculteit tot de orde roept? Wie A zegt (door de algemene regel in 2022 te bevestigen) moet ook B zeggen (als die regel in 2023 met voeten wordt getreden). In haar examenreglement heeft deze faculteit vastgelegd dat zij studenten die wegens een functiebeperking beroepsongeschikt worden geacht, goedschiks of kwaadschiks uit de opleiding zal verwijderen.