Voor bachelorstudenten van de Erasmusuniversiteit (EUR) geldt de regel dat ze via een Bindend StudieAdvies (BSA) uit de opleiding worden verwijderd als ze het eerstejaarsprogramma niet binnen twaalf maanden voltooid hebben. Het College van Beroep voor het Hoger Onderwijs (CBHO) stelde onlangs dat deze regel wellicht in strijd met de wet is, omdat de wet wel ruimte laat voor heenzending wegens ongeschiktheid maar niet voor heenzending wegens een laag studietempo. Erasmus Magazine publiceerde daarop een hoofdredactioneel commentaar (19/11/2015, p.3): wordt het niet tijd voor een proefproces om definitief duidelijkheid te krijgen over de vraag hoe de wettelijke regels inzake het Bindend StudieAdvies geïnterpreteerd moeten worden?
Het probleem is evenwel dat voor een proefproces een proefkonijn vereist is: welke eerstejaarsstudent is bereid de kastanjes uit het vuur te halen? Volgens mij moet het een student zijn van wie ieder normaal mens zal beamen dat hij of zij geschikt is voor de desbetreffende studie en dat hij of zij de driejarige bachelorstudie met een vertraging van maximaal één jaar zal kunnen afronden. Bovendien is een voorwaarde dat hij of zij geen beroep kan doen op dispensatie wegens persoonlijke omstandigheden (bv. ziekte, zwangerschap of familieomstandigheden). Verder heeft het proefkonijn een sponsor nodig die bereid is de griffierechten en de advocatenkosten te betalen of die eventueel zelfs als medebelanghebbende procespartij optreedt. Ik denk dan dat drie strategieën op hun haalbaarheid onderzocht moeten worden.
Lees verder … (PDF)
6 reacties op “Proefproces BSA gewenst”
schreef:
Ook in de Hogeschool Rotterdam (Profielen 24/11/2015) veroorzaakte het CBHO-verhaal enige ophef.
schreef:
[…] Het wachten is nu op een studentenbelangenorganisatie die de moeite neemt bij het CBHO een proefproces aan te spannen tegen de bedoelde uitwassen van het zgn. Bindend Studieadvies […]
schreef:
Zo’n proefproces zou over de wettigheid van een BSA-criterium van 60 propedeutische punten in twaalf maanden gaan. Over een andere kwestie bestaat inmiddels, naar verluidt, heldere jurisprudentie (TUDelta 24/5/2016, DUB 24/5/2016): er mag slechts één keer een formeel studieadvies worden uitgebracht en dat mag geen voorwaardelijk advies zijn. Als de student tegen het eind van het eerste verblijfsjaar aan het gestelde BSA-criterium (bv. 45 studiepunten) voldoet, staat de wet niet toe te beschikken dat hij mag blijven op voorwaarde dat hij de resterende propedeutische studiepunten aan het einde van het tweede verblijfsjaar zal hebben behaald. Een voorwaardelijk advies berust op de onjuiste veronderstelling dat men t.z.t. een tweede beschikking kan uitvaardigen als de student niet aan het aanvullende BSA-criterium (60 propedeutische punten in 24 maanden) blijkt te hebben voldaan.
schreef:
Het Algemeen Dagblad (16/1/2018) bericht dat het Landelijk Studenten Rechtsbureau bij het CBHO een proefproces aanspant tegen het BSA-beleid van de Erasmus Universiteit.
UPDATE I: Marko de Haan (Erasmusmagazine 15/2/2018) komt met de concrete agenda: op 1 maart wordt de zaak ter zitting behandeld door het CBHO en zes weken later is de uitspraak. Volgens mij is N=N in strijd met de wet, want faculteiten zijn wettelijk verplicht voor de mediane student een programma met een studielast van 60×28=1680 uur in te richten, hetgeen betekent dat 50% van de aankomende studenten overbelast wordt als ze slechts 10 maanden de tijd krijgen om die studielast te verzetten.
UPDATE II: Marko de Haan (2/3/2018) geeft een sfeerverslag van de CBHO-zitting van de N=N-zaak.
schreef:
Op 26/4/2018 hebben de CBHO-rechters uitspraak gedaan in het proefproces. Zij vinden de norm N=N ‘niet kennelijk onredelijk’ en niet in strijd met de wet.
Update: Op 8 mei heb ik hieraan een nieuw blogbericht gewijd.
schreef:
[…] tot haar initiatief gekomen om de hoogte van de BSA-drempel te maximeren? In 2015 sprak het College van Beroep voor het Hoger Onderwijs (CBHO) zijn twijfels uit over de rechtmatigheid van de BSA-regels van de Erasmusuniversiteit […]