Welke kennis en vaardigheden moeten leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs verworven hebben als ze omstreeks 2032 instromen in het mbo, hbo en w.o.? Uiterlijk in 2017 wil het ministerie van OCW, in antwoord op deze vraag, nieuwe kerndoelen en eindtermen opstellen. Op 1 oktober jongstleden heeft een nationale denktank (het Platform Onderwijs2032) een voorlopig advies gepubliceerd, voortbouwend op de maatschappelijke dialoog die dit jaar op touw is gezet. Bij wijze van verantwoording is tevens verslag gedaan van de uitkomsten van die dialoog. In de komende maanden wordt, wederom in dialoog, de definitieve versie van het advies opgesteld.
Welke onderwijsdoelen willen we in 2032 bereiken? Dat is een zinledige vraag, zolang men niet specificeert door wie de gevraagde onderwijsdoelen bereikt moeten worden. Een betere formulering is: welke onderwijsdoelen willen we dat 90% van het geboortencohort-2014 achttien jaar later, in 2032 dus, minimaal bereikt heeft? En niet minder belangrijk is de intrapolerende vraag: welke onderwijsdoelen willen we dat 90% van het geboortencohort-2014 twaalf jaar later, bij het verlaten van de basisschool in 2026 dus, minimaal bereikt heeft? Vooralsnog heeft men de beantwoording van deze vraag voor zich uit geschoven. Men beperkt zich tot de stelling dat er een vaste basis van kennis en vaardigheden moet worden gedefinieerd die door iedere leerling bereikt moet worden (p.6 en verder) en dat er ruimte moet worden geschapen opdat hij/zij dat in de loop der jaren in eigen tempo kan realiseren (p.9). Dat geldt onder meer voor de ontwikkeling van de Nederlandse taalbeheersing. Maar op één punt is de nationale denktank onverbiddelijk: tegelijkertijd moet de basisschool, meteen vanaf groep 1, voldoende ruimte scheppen voor de ontwikkeling van de Engelse taalbeheersing (pp.6-7). De vraag rijst dan of men hiermee geen geweld aandoet aan het gelijkekansenbeleid.
Lees verder … (PDF)
6 reacties op “Project-2032: gelijke kansen als toetssteen”
schreef:
Als we tabel I bekijken, is er toch voldoende ruimte om het basisschoolcurriculum zwaarder te maken, bijvoorbeeld met de introductie van vvto-Engels? Dat zou het geval zijn als het 1F-niveau op het gebied van Nederlandse taal en Rekenen voldoende ambitieus was geweest. Maar moeten we uit een oogpunt van Gelijke Kansen niet een hoger ambitieniveau kiezen? Dat is de vraag die wordt opgeworpen door Ebbie Parsons (Huffington Post 23/9/2015).
schreef:
Wat is nou precies de boodschap van dit blogbericht? Ik kan die het beste illustreren aan de hand van een PvdA-motie die onlangs door de Eerste Kamer aanvaard werd. De motie gaat over de kansen en risico’s van de invoering van 15% vvto-Engels op de basisschool. De kamer wijst op het risico dat leerlingen met taal- of leerachterstanden door basisscholen de toegang tot het zegenrijke vvto ontzegd wordt. Ik wijs daarentegen op het risico dat zij door hun deelname aan het modieuze vvto te weinig tijd overhouden om hun Nederlandse taalachterstand in te lopen, waardoor ze na groep 8 hun kans op plaatsing in een hogere schoolsoort verspelen.
schreef:
De Amsterdamse onderwijsocioloog Herman van de Werfhorst (Twitter 3/10/2015): “Dat #onderwijs2032, onder leiding van socioloog #paulSchnabel, heeft het in het geheel niet over gelijke kansen. De visie van de toekomst.”
schreef:
[…] ‘streaming’ binnen het basisonderwijs op. Aan dat mechanisme wijdde ik onlangs een blogbericht naar aanleiding van het project Onderwijs2032. Basisscholieren die met taal- en leerachterstanden […]
schreef:
Het eindrapport van het Platform is verschenen (23/1/2016).
schreef:
In De Correspondent (18/5/2016) ontmaskert Johannes Visser de schijninspraak in de brainstormfase van Onderwijs2032.