Radicalisering gemonitord in het hbo

/

Hoe herken je een student die radicaliseert en wat is er aan te doen? Vijf hogescholen hebben dit jaar de koppen bij elkaar gestoken om deze vraag te beantwoorden (NRC 20/8/2014). De Hogeschool InHolland heeft inmiddels besloten een training op te zetten voor haar personeel. Op die manier zou zij kunnen toewerken naar een monitorsysteem dat vorig jaar door een onderwijsadviesbureau geschetst is in opdracht van de NCTV (Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid). Bertjan Doosje vindt dat een goed idee (Folia 4/9/2014). Hij bekleedt de bijzondere leerstoel Radicaliserings­studies (UvA), die in 2012 gevestigd is door het multiculturele kenniscentrum Forum.
Zo’n monitorsysteem past in het Actieprogramma Integrale Aanpak Jihadisme (29/8/2014) dat minister Opstelten heeft uitgebracht. Maar dan moet men zich afvragen of hogeronderwijsinstellingen, als platform voor vrije meningsvorming en vrije meningsuiting, hun missie geweld aandoen als zij radicale ideeën gaan bestrijden en ‘radicale cellen’ gaan helpen oprollen. Zij behoren hun studenten voldoende ruimte te bieden om, binnen de grenzen van de rechtsstaat, een eigen politiek, levens­beschouwelijk en moreel kompas te ontwikkelen en een leefstijl te zoeken die bij hen past.
In het spanningsveld tussen staats- en studentenbelangen, kan het monitorsysteem van een hogeschool zich beter op twee afgrensbare risico’s concentreren: (a) het identifi­ceren en begeleiden van studenten die een verhoogd risico op studie­vertraging of studiemislukking lopen en (b) het identificeren en beheersen van risico’s inzake de sociale veiligheid van de leden van de hogeschoolgemeenschap. Dat zijn belangrijke factoren voor het creëren van een optimale leeromgeving. Verder kunnen hogescholen zich laten leiden door hun wettelijke vormingsopdracht aandacht te schenken aan de persoonlijke ontplooiing van de studenten en aan de bevordering van hun maat­schappelijk verantwoordelijkheidsbesef (WHW art.1.3 lid 5).

Alle reactiemogelijkheden zijn voor dit bericht momenteel gesloten.

4 reacties op “Radicalisering gemonitord in het hbo”

  1. Op blz. 33 van het Actieprogramma is (schadelijke) radicalisering naar mijn smaak te ruim gedefinieerd, namelijk als een geesteshouding waarmee de bereidheid wordt aangeduid om de uiterste consequentie uit een denkwijze te aanvaarden en die in daden om te zetten. Die daden kunnen maken dat op zichzelf hanteerbare tegenstellingen escaleren tot een niveau waarop ze de samenleving ontwrichten, doordat er geweld aan te pas komt, het tot gedrag leidt dat mensen diep kwetst of in hun vrijheid raakt of doordat groepen zich afkeren van de samenleving. Indien op deze ruime definitie gestoeld, komt het monitorsysteem op gespannen voet te staan met de missie van onderwijsinstellingen. Voorkomen moet worden dat hun monitorsysteem McCarthyistische trekken krijgt.

  2. Marc Janssen (Hogeschool Utrecht) interviewde Anke van Gorp, verbonden aan het HU-lectoraat Regie van Veiligheid (Trajectum 14/10/2014 p. 26-27): radicalisering is een aspect van het proces van identiteitsvorming. September 2013 schreef ze een notitie over de ethische grenzen die aan interventies in dat proces verbonden zijn.

  3. De Britse overheid krijgt de bevoegdheid ‘extremistische’ sprekers van de campus te weren (Guardian 24/11/2014).
    UPDATE: Zie ook de reacties van studentenorganisaties op de nieuwe counter-terrorist bill (Guardian 29/1/2015).

  4. De systematische monitoring van radicalisering speelt ook in Vlaanderen (Het Laatste Nieuws 3/2/2015). Een rooms-katholieke middelbare school heeft twee leerlingen bij de politie aangegeven omdat ze op hun Facebookpagina terreurdaden goedpraatten. De school is van plan het gedrag van haar leerlingen op sociale media voortaan systematisch te volgen en haar bevindingen naar de politie door te sluizen. Het Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs vindt dat geen manier.