‘Leerlingen worden steeds vaker ingezet om ( …) verplicht een aantal uren per jaar als schoolwacht te fungeren. Ze houden toezicht op pleinen en in de school. Veel scholen doen dat in het kader van de maatschappelijke stage, die straks voor alle leerlingen verplicht is’, bericht Tonny van der Mee (Algemeen Dagblad 9/1/2009).
Een maatschappelijke stage is ‘een vorm van leren binnen of buiten de school, waarbij je als onderdeel van het lesprogramma door middel van vrijwilligersactiviteiten kennis gaat maken met het dragen van verantwoordelijkheid voor maatschappelijke belangen.’ Met vrijwilligersactiviteiten wordt bedoeld: ‘werk voor andere mensen, organisaties of de samenleving. Je doet het onbetaald, onverplicht en in georganiseerd verband. Als je werkt in een zorgcentrum, noem je het vrijwilligerswerk. Maar niet als je werkt bij je oma of de buurvrouw thuis. Wél als je werkt bij de sportclub, niet als je helpt bij het voetballen op straat.’ Aldus het Maatschappelijk Stagebureau (Maatschappelijke Stagekrant 2007).
Pleinwacht spelen op school, bardiensten draaien op de sportclub, collecteren of kerkeblaadjes rondbrengen: zulke corvees tellen dus mee als maatschappelijke stage. Maar dagelijks je broertje naar school brengen, regelmatig op bezoek bij tante Emma in het verpleeghuis of wekelijks boodschappen doen voor de bejaarde buurvrouw? Dat soort corvee, mantelzorg of burenhulp is geen vrijwilligerswerk en telt dus niet mee als maatschappelijke stage. Door de bril van de leerling gezien, wordt hier met twee maten gemeten.
Een kwart van de jongeren [tussen 12 en 15 jaar] groeit op met ziekte en zorg in de thuissituatie en behoort dus tot de potentiële jeugdige mantelzorgers. Dat bericht Mezzo, de landelijke vereniging voor mantelzorgers en vrijwilligerszorg (11/5/2010).