Zorgplichten van de lerarenopleiding

/

Er is een groot verschil van opvatting aan het licht gekomen tussen de Algemene Onderwijs­bond (AOb/fnv) enerzijds en het onderwijsveld anderzijds. Volgens de AOb zijn de onderwijs­werkgevers verplicht om de vierdejaarsstudenten van de tweedegraadsleraarsopleiding in het kader van hun afsluitende praktijkperiode een tripartiet Leerarbeidscontract met een bijbehorend cao-loon aan te bieden (Onderwijsblad 19/11/2019). Het modelcontract is in bijlage 2 van de CAO 2018-2019 opgenomen. De onderwijswerkgevers en de leraars­opleidingen zijn daarentegen van mening dat onderwijswerkgevers ook mogen kiezen voor een tripartiet Stagecontract, waarbij ze zelfs niet verplicht zijn een stagevergoeding toe te kennen (Bron/fontys 3/12/2019).
De onderwijswerkgevers staan overigens best positief tegenover het Leerarbeidscontract. Het schept weliswaar financiële verplichtingen, maar in tijden van personeelsschaarste is zo’n leraar-in-opleiding wel een redder in de nood. De lio’s-als-werknemer worden namelijk slechts op afstand gesuperviseerd en begeleid. Ze hebben eigen klassen, die ze zelfstandig mogen bedienen. De lio’s-als-stagiair daarentegen maken geen deel uit van de onderwijsformatie, mogen geen bestaande vacature vervullen en mogen niet als vervangend docent optreden. Ze worden toegevoegd aan een zittende docent en voeren een deel van zijn of haar taken onder zijn of haar supervisie uit. In de praktijk betekent dit dat de begeleidende docent op roepafstand beschikbaar behoort te zijn om de stagiair bij te staan (CNV-Onderwijs).
Waar loopt de vakbond nou over te morren? De AOb kan moeilijk bezwaar maken tegen het feit dat scholen de mogelijkheid hebben om vierdejaarsstudenten via een Stagecontract te bedienen. Kennelijk doelt de AOb op het risico dat ontvangende scholen, in tijden van personeelsgebrek, de bepalingen van het Stagecontract onvoldoende nakomen: dat ze te weinig begeleiding en supervisie geven, dat ze de student met professionele verantwoordelijkheden opzadelen die een stagiair nog niet hoeft te dragen, en dat ze de student niet de financiële beloning geven die in verhouding staat tot de productieve arbeid die door hem of haar verricht wordt. In de tweede plaats wordt door de AOb gesuggereerd dat onderwijswerkgevers sjoemelen met het loon dat aan de lio’s-als-werknemer wordt uitbetaald: ze krijgen minder salaris dan in de CAO 2018-2019 met de bonden is afgesproken.
Naar aanleiding van het AOb-artikel in het Onderwijsblad heeft Roelof Bisschop (SGP) schriftelijke Kamervragen (6/12/2019) aan de OCW-ministers gesteld. Eén van de vragen betreft de zorgplicht van de lerarenopleidingen. De lerarenopleiding is contractpartij, zowel in het tripartiete Leerarbeidscontract van de lio-als-werknemer als in het tripartiete Stagecontract van de lio-als-stagiair [zie bijvoorbeeld de Handleiding Werkplekleren van de Hogeschool van Amsterdam]. Naar mijn bescheiden mening heeft zij als contractpartij mede tot taak toe te zien op de studielast en studeerbaarheid van de afsluitende praktijkperiode en op de omvang en kwaliteit van de begeleiding die door de praktijkschool geboden wordt. Maar uit een oogpunt van professionele beroepsethiek heeft zij tevens tot taak erop toe te zien dat de tripartiete overeenkomsten zodanig worden ingericht en nageleefd dat de praktijkschool zich jegens de student, noch gewild noch ongewild, aan machtsmisbruik en uitbuiting schuldig maakt.

Alle reactiemogelijkheden zijn voor dit bericht momenteel gesloten.

3 reacties op “Zorgplichten van de lerarenopleiding”

  1. Als we het nou toch over zorgplichten hebben… De primaire zorgplicht van een (praktijk-)school is dat de professionals goed onderwijs geven aan de leerlingen. Wanneer vierdejaarsstudenten (nog-niet-professionals) worden ingeschakeld in het onderwijs, moet er een constructie worden bedacht opdat de belangen van de leerlingen beschermd worden. Om die reden worden de stagiairs strak begeleid en gesuperviseerd door bevoegde leraren. De AOb maakt onvoldoende onderscheid tussen deze algemene professionele regel enerzijds en de uit nood geboren uitzonderingen anderzijds, waaronder het Leerarbeidscontract voor aanstaande leraren die in de laatste fase van hun opleiding zitten (vermoedelijk vooral bedoeld voor de regio’s waar de personeelsschaarste het meest nijpend is en voor de sectoren van de tekortvakken).

  2. Ook in de overspannen arbeidsmarkt van de zorgsector zijn er ernstige klachten over de uitbuiting van stagiairs (FNV 18/12/2019).

  3. OCW heeft de Kamervragen beantwoord (17/1/2020a, 17/1/2020b) en de AOb kijkt erop terug (20/1/2020).